We leven in een tijd waarin wij veel informatie tot ons krijgen. Deze enorme hoeveelheid data biedt de mogelijkheid om op andere manieren en veel meer situatie gedreven (event driven) momenten te communiceren. Communicatie is erg gerelateerd aan de situatie of omgeving waarbinnen de communicatie plaatsvindt. De communicatieprofessional zal daarin een vertaalslag moeten maken van de toepassing van Internet of Things naar zijn of haar werkgebied.

De communicatie beperkt zich daarmee niet alleen meer tussen personen onderling. Zij verschuift steeds meer naar communicatie tussen apparaten onderling en dingen (zoals sensoren en camera’s) en personen. Doordat apparaten via het internet verbonden zijn, ontstaat er een nieuwe wereld van communicatiemogelijkheden. Deze communicatie wordt het Internet of Things (internet der dingen) genoemd (Al-Fuqaha, 2015).

Al in 2010 beschreven Mattern en Floerkemeier in hun rapport From the internet of computers of the internet of things dat technische ontwikkelingen mogelijkheden creëren die gezamenlijk de kloof overbruggen tussen de virtuele en fysieke wereld. In 2015 wordt dit bevestigd in de studie van Shancang Li, waarin hij stelt dat de toekomst van het internet zal bestaan uit apparaten die op verschillende wijzen gekoppeld zijn. Grenzen worden verlegd tussen fysieke en virtuele componenten. Het internet of Things zal een nieuwe functionaliteit toevoegen aan apparaten.

Een onderzoeker die ver gaat in het toepassen van laagdrempelige IoT mogelijkheden is Andy Stanford-Clark*. Hij ontwikkelt toepassingen vanuit een eenvoudige -, huiselijke omgeving, om die daarna in een groter toepassingsgebied te kunnen uitrollen.

Hij is in staat geweest aan te tonen dat technische zaken in de virtuele wereld, zoals sensoren, daadwerkelijk een brug slaan naar de fysieke wereld: het gebruik van Twitterberichten, lichtsignalen en telefoonboodschappen.

Stanford-Clark (2016) beschrijft de voorwaarden van het toepassen van IoT aan de hand van de eigenschappen “Instrumented”, “Interconnected” en “Intelligent”. Het doel van het Internet der Dingen is monitoren en controle houden. Door dingen als sensoren en camera’s te verbinden via het Internet kunnen zij gebeurtenissen (het openen van een deur, het bereiken van een vastgestelde status van iets, of het signaleren van beweging) vertalen in een signaal naar personen of andere apparaten. De onderzoeker heeft dat in zijn huis toegepast door energiegebruik te vertalen in een signaal dat aangeeft wanneer bronnen in het rood, oranje of groen stroom verbruiken. Daarnaast heeft hij zelfs muizenvallen in zijn huis, die – als zij een muis gevangen hebben – een Twitterbericht naar hem sturen.

Deze huis-, tuin- en keukentoepassing heeft hij verder uitgewerkt naar toezicht houden op de bewoners in rust- en verzorgingshuizen. Ook bijvoorbeeld het tonen van de positie van veerboten (hij woont op een eiland) door middel van een Tweet aan hem, is door de toepassing van IoT verworden tot een actueel beeld op de website van de veerdienst. Een Twitterbericht zorgt er voor dat mensen op het eiland, aan de hand van de positie van de boot, geïnformeerd worden dat de boot arriveert in de haven (Stanford-Clark, 2016).

* Dr. Stanford-Clark is Master Inventor en CTO (Chief Technical Officer) van IBM UK/Ireland, lid van de Peer Review College van de Engineering and Physical Sciences Research Council. Hij geeft ook gastcollege aan de Universiteit van Newcastle.